In Uden ligt een typisch jaren ’80 complex met 181 gestapelde woningen. Wat er typisch jaren ’80 aan is, is de ooit gekozen massaliteit, de steenachtige uitstraling, de kleurtoepassing en het materiaalgebruik. Een compleet andere beleving van schoonheid en kwaliteit dan de gewaardeerde vooroorlogse architectuur, die gezien hun leeftijd ondertussen veelal zijn gerenoveerd. Waar de vooroorlogse architectuur zich kenmerkt door een combinatie van een groen karakter, een gevoel van gemeenschappelijkheid en oog voor kleine details in metselwerk, textuur en overstekken weerspiegeld die van de jaren ’80 een andere kwaliteit.
Helaas zijn we zijn nog niet ‘gewend’ om van de jaren ’70 en ‘80 architectuur ook de kwaliteit te zien. Deze periode vormde een breuk met het gedachtegoed van de jaren ’60. Niets was meer goed: licht, lucht en ruimte hadden geleid tot grootschaligheid, beton en maakbaarheid van bovenaf. Het moest structureel andere en het individu moest een dominante plaats krijgen binnen het ontwerp. Er is toen veelal gezocht naar geborgenheid, knusheid en kindvriendelijkheid. Eigenlijk de kwaliteit die vandaag nog steeds past binnen de denkwereld van bewoners. Dus is het niet perse nodig om het uiterlijk te transformeren om er iets leuks van te maken. Door zorgvuldig te kijken naar wat voor de negatieve beleving en wat voor de positieve beleving zorgt kan met behoud van de karakteristiek de uitstraling verbeterd worden
Area heeft dit jaren ’80 complex in Uden in bezit en is voornemens de woningen technisch te verbeteren. Maar qua uitstraling zien ze ook dat een verbetering nodig is. Een dergelijke integrale benadering is essentieel voor een duurzame aanpak. Na een zorgvuldige analyse van de knelpunten en kwaliteiten hebben we voor deze woningen een esthetische verbetering voorgesteld. Het verandert het imago en de leefbaarheid. Aanpassingen aan het uiterlijk, waar ook de woonomgeving een belangrijke rol in speelt, dragen bij aan het prettiger wonen in deze buurt.
Helaas zijn we zijn nog niet ‘gewend’ om van de jaren ’70 en ‘80 architectuur ook de kwaliteit te zien. Deze periode vormde een breuk met het gedachtegoed van de jaren ’60. Niets was meer goed: licht, lucht en ruimte hadden geleid tot grootschaligheid, beton en maakbaarheid van bovenaf. Het moest structureel andere en het individu moest een dominante plaats krijgen binnen het ontwerp. Er is toen veelal gezocht naar geborgenheid, knusheid en kindvriendelijkheid. Eigenlijk de kwaliteit die vandaag nog steeds past binnen de denkwereld van bewoners. Dus is het niet perse nodig om het uiterlijk te transformeren om er iets leuks van te maken. Door zorgvuldig te kijken naar wat voor de negatieve beleving en wat voor de positieve beleving zorgt kan met behoud van de karakteristiek de uitstraling verbeterd worden
Area heeft dit jaren ’80 complex in Uden in bezit en is voornemens de woningen technisch te verbeteren. Maar qua uitstraling zien ze ook dat een verbetering nodig is. Een dergelijke integrale benadering is essentieel voor een duurzame aanpak. Na een zorgvuldige analyse van de knelpunten en kwaliteiten hebben we voor deze woningen een esthetische verbetering voorgesteld. Het verandert het imago en de leefbaarheid. Aanpassingen aan het uiterlijk, waar ook de woonomgeving een belangrijke rol in speelt, dragen bij aan het prettiger wonen in deze buurt.