Zoals veel gemeenten in Nederland is ook gemeente Rotterdam drukdoende met de verduurzaming van de stad door het aanwijzen van aardgasvrije wijken, het opstellen van RES plannen en losse verduurzamingsinitiatieven. Maar hoe pak je dit aan, en hoe maak je deze opgave concreet? Er zijn in Rotterdam zoveel verschillende wijken met in totaal meer dan 300.000 woningen, het lijkt onbegonnen werk om daar één aanpak voor te ontwikkelen. BouwhulpGroep is in opdracht van de gemeente Rotterdam bezig om een deel van de stad in kaart te brengen en te ordenen, maar dan wel op een nieuwe innovatieve manier die past bij een herhaalbare aanpak met bewoner én bedrijfsleven. In de wijken Lage Land en Prinsenland, gelegen in het oosten van Rotterdam, brengen we circa 7.500 woningen terug tot een klein aantal componenten. Gebaseerd op onder meer het bouwjaar, de verschijningsvorm en de typologie van de woningen kunnen we vervolgens de wijk met een andere ordening benaderen, waarbij eigendom er niet meer toe doet voor de verduurzamingsaanpak.
Deze nieuwe blik biedt de gemeente kansen voor opschaling. Bijvoorbeeld door een collectieve uitvraag voor individuele oplossingen (denk aan een bundeling van particulieren met een individuele vraag), door een collectief programma (zoals het verduurzamen van platte daken) te ontwikkelen of door gericht informatie aan te bieden voor veel voorkomende vragen (welke installatie past het best in míjn woning?). De gemeente kan met de ordening daarnaast structuur bieden voor de markt, zodat zij oplossingen kunnen ontwikkelen die worden toegepast in de programma’s en activiteiten van de gemeente zoals ambassadeurs en pop-up winkels. Deze studie geeft de gemeente handvatten om beleid te vormen én uit te voeren. Of op zijn Rotterdams gezegd: ‘niet lullen maar poetsen’.
Met deze andere manier van kijken hebben we het niet meer over 7.500 woningen, maar zoeken we juist naar de gemeenschappelijke deler in de wijk. Het mooie is dat die wel eens hetzelfde kan zijn in de rest van de stad. Oplossingen voor 7.500 woningen worden dan in één keer oplossingen voor 300.000 woningen. Deze aanpak biedt gemeenten de handvatten die ze nodig hebben, om concreet verandering in de wijken teweeg te brengen. De rol om te faciliteren ligt bij hen, maar de daadwerkelijke uitvoering niet. Middels deze ordening kunnen gemeentes hun eigen thema’s gericht toepassen, zodat de woningeigenaren in de wijk (van zowel huur- als koopwoningen) met gemeentelijke steun in actie kunnen komen en er gestructureerd gestart kan worden met het daadwerkelijk maken van stappen in de verduurzaming.
Deze nieuwe blik biedt de gemeente kansen voor opschaling. Bijvoorbeeld door een collectieve uitvraag voor individuele oplossingen (denk aan een bundeling van particulieren met een individuele vraag), door een collectief programma (zoals het verduurzamen van platte daken) te ontwikkelen of door gericht informatie aan te bieden voor veel voorkomende vragen (welke installatie past het best in míjn woning?). De gemeente kan met de ordening daarnaast structuur bieden voor de markt, zodat zij oplossingen kunnen ontwikkelen die worden toegepast in de programma’s en activiteiten van de gemeente zoals ambassadeurs en pop-up winkels. Deze studie geeft de gemeente handvatten om beleid te vormen én uit te voeren. Of op zijn Rotterdams gezegd: ‘niet lullen maar poetsen’.
Met deze andere manier van kijken hebben we het niet meer over 7.500 woningen, maar zoeken we juist naar de gemeenschappelijke deler in de wijk. Het mooie is dat die wel eens hetzelfde kan zijn in de rest van de stad. Oplossingen voor 7.500 woningen worden dan in één keer oplossingen voor 300.000 woningen. Deze aanpak biedt gemeenten de handvatten die ze nodig hebben, om concreet verandering in de wijken teweeg te brengen. De rol om te faciliteren ligt bij hen, maar de daadwerkelijke uitvoering niet. Middels deze ordening kunnen gemeentes hun eigen thema’s gericht toepassen, zodat de woningeigenaren in de wijk (van zowel huur- als koopwoningen) met gemeentelijke steun in actie kunnen komen en er gestructureerd gestart kan worden met het daadwerkelijk maken van stappen in de verduurzaming.